2003 was het eerste jaar met het CWO systeem bij Jeugdzeilen Optimisten. Dankzij grote inspanning van vele betrokkenen is de invoering geslaagd. In de zomer van 2005 kregen we een controle door de CWO (via het Watersportverbond), waarbij we het predikaat ‘goed’ kregen. Iets om trots op te zijn én ook om vast te houden. Vanaf 2010 is het ‘competentiegericht opleiden' ingevoerd en zijn de eisen ten aanzien van certificering van het kader aangescherpt. Sinds 2010 kennen we nu de volgende instructeursniveaus:

• Zeilinstructeur 1 = assistent instructeur groepje: helpt rescue, boeien uitleggen etc.;
• Zeilinstructeur 2 = instructeur groepje: verzorgt de training, eindverantwoordelijk groepje;
• Zeilinstructeur 3 = groepsinstructeur: coach van ZI2, verzorgt totaal overzicht;
• Zeilinstructeur 4 = traint en begeleidt de Groepsinstructeurs.

De KWVL is self supporting in het opleiden van de eigen instructeurs.

Wat is het CWO en hoe werkt het?
Het CWO is een uniform diplomasysteem in Nederland voor diverse watersportdisciplines, dat door de stichting CWO in het leven geroepen is. CWO is de afkorting van “Commissie Watersport Opleidingen”. De Stichting CWO is een samenwerkingsverband van het Watersportverbond, ANWB en de Hiswa. Totaal maken zo’n 70 zeilscholen en 160 Watersportverbond verenigingen gebruik van het CWO-systeem.

Er bestaan diverse “disciplines” of CWO-lijnen zoals: Jeugdzeilen (een/tweemans; geschikt voor jeugd tm 15 jaar, Zwaardboot (een/tweemans; goed vervolg op Jeugdzeilen), Kielboot, Catamaran, Zeezeilen, Windsurfen, Motorboot en Roeien. Bij het Jeugdzeilen binnen de KWVL is de CWO-lijn “Jeugdzeilen” ingevoerd in de Optimist, “Zwaardboot” voor de Splash en “Kielboot” bij de Jannen en inmiddels ook bij de RS Feva, die in 2009 gestart is.

Jeugdzeilen kent drie niveaus voor de praktijk en bijbehorende theorie:

• CWO1 Basisvaardigheden in gunstige omstandigheden (tot windkracht 3);
• CWO2 Basisvaardigheden en enkele extra’s in normale omstandigheden (tot windkracht 4, rustig en beschut vaarwater);
• CWO3 Basisvaardigheden en gevorderdenmanoeuvres, aangevuld met beginselen van wedstrijdzeilen, onder normale omstandigheden (tot en met windkracht 5).

Er wordt gewerkt met diploma’s en vorderingenstaten. Op de vorderingenstaat kunnen de eisen “afgetekend” worden zodra een kind aan de betreffende eis voldoet. Een vorderingenstaat is echter beperkt geldig (theorie eisen 18 maanden, praktijkeisen tot 1e jaarwisseling).

Uitgangspunten bij de KWVL 

• Het plezier in het zeilen, en met elkaar, staat voorop; dit aspect krijgt dan ook veel aandacht;
• Zowel de meer recreatieve zeilers als de (potentiële) wedstrijdzeilers moeten er profijt van hebben, de KWVL wil het jeugdwedstrijdzeilen stimuleren;
• De groepsindeling is gebaseerd op het CWO niveau en de leeftijd van de kinderen.

De inhoud van het jaar- en dagprogramma is gebaseerd op de betreffende CWO eisen. De ZI-4's dragen in samenweking met de ZI-3's zorg voor de inhoud van de zeilopleiding en het bewaken van de kwaliteit in de uitvoering.

Voordelen van CWO
Het CWO systeem is uiteraard geen doel op zich, maar slechts een middel om de kinderen te leren zeilen. De voordelen van het CWO zijn onder meer:

• Vanwege de uniformiteit kan aansluitend op een diploma of vorderingenstaat de opleiding bij een andere vereniging of zeilschool voortgezet worden;
• Enige ‘objectivering’ van het zeilniveau van de zeiler, inschaling bij andere opleidingen of zeilschool en vice versa;
• Bij het huren van een zeilboot met vriendjes (m/v) in bijvoorbeeld Friesland wordt tegenwoordig dikwijls om een CWO diploma gevraagd; dit gebeurt ook steeds meer in het buitenland;
• Door toepassing van het CWO systeem sluiten de kennis en vaardigheden van de zeilers van de KWVL beter aan bij andere vaarinstellingen in binnen en buitenland (verenigingen, vaarscholen);
• Bij jeugdleden bestaat de behoefte voor het volgen van een instructeuropleiding; voorwaarde hiervoor is meestal een CWO3 diploma;
• De opbouw in de opleiding komt ook de veiligheid ten goede.

Beoordelingen zeilers en opleiden kader
Sinds 2010 is door de invoering van het CWO en het systeem van de Beoordelingsgemachtigden verlaten; de eisen van instructie tussen vaarscholen en zeilverenigingen is meer gelijkgetrokken. De ZI-3 en ZI-4 instructeurs doen de beoordelingen van de zeilers.

Contacten Watersportverbond-CWO
De contacten tussen verenigingen en het CWO lopen via het Watersportverbond. Dit gebeurt via de “Contactpersoon Jeugd & Opleiding” (CJO). De Contactpersoon is voor de CWO de verantwoordelijke persoon voor de algemene uitvoering van het CWO systeem namens het Bestuur van de vereniging. Zowel Contactpersoon, namens de vereniging, als de CWO-zeilinstructeurs (ZI-3 en ZI-4) zijn verantwoordelijk voor de totale uitvoering van het CWO-systeem bij de vereniging.

De specifieke taken van de CWO-Contactpersoon binnen een CWO-vereniging omvatten:

• coördineren van de benoeming, aanmelding en mutering van de gediplomeerde CWO-instructeurs;
• zorgdragen voor uitvoering van de algemene richtlijnen die gelden voor het CWO-systeem;
• controleren en registreren van de bij de vereniging uitgereikte CWO-diploma's en vorderingenstaten ;
• zorgdragen voor het informeren van de CWO-instructeurs van de vereniging m.b.t. wijzigingen en nieuws betreffende het CWO-systeem.

neliezdguej.[antispam].@kwvl.nl